Zuursel heb je nodig voor de bereiding van kaas. Als de kaas te zuur smaakt kan je dit niet verhelpen door minder zuur toe te voegen, omdat het kaasproces het zuur nodig heeft voor alle interne omzettingen, een goede kortst, de typische kaassmaak en de houdbaarheid van de kaas.
Als de kaas te zuur smaakt, heeft dit te maken met het teveel aan overgebleven melksuikers in de kaas. De melkzuurbacteriën gebruiken de melksuikers als voedsel. Als de melksuikers op zijn, hebben de melkzuurbacteriën geen overlevingskans en zullen ze ook niet meer de kaas zuurder maken.
Het is dan ook belangrijk om tijdens het einde van het kaasmaakproces de melkzuurbacteriën uit te schakelen door de melksuikers weg te nemen uit de wrongel en de kaas. Dit kan je doen door: De wrongel goed “na te warmen” door na de tweede was de wrongel te blijven roeren. Doe je dit niet, zal je het moeten bezuren en dat is zonde van al het werk dat in de kaas zit. Ook is het belangrijk om voldoende “waswater” te gebruiken en tot de juiste temperatuur te komen.
Heb je vragen of wil je sparren over zelf kaas maken, neem dan contact op met Esther, de kaasmaakster.
Bekijk de uitgebreide handleiding en maak stap voor stap thuis je eigen Goudse kaas.
Relevante andere vragen